| Haantje
op 'n stokkie
Je kunt paasvuren algemeen noemen, maar met palmpasens ligt dat anders. Ze horen allebei tot de 'paasgebruiken', maar hebben een verschillende achtergrond en historie. Het paasvuur mag je best enige vóórchristelijke trekjes toedichten, die zich opgewekt en hardnekkig hebben kunnen handhaven. Het verschijnsel palmpaas zit in een oerchristelijk verleden gebakken. Een palmpasen,
palmpaas of palmpaasstok, het haantje op een stokje dus, bij voorkeur in
optocht gedragen, vindt z'n oorsprong in processies op Palmzondag die de
feestelijke intocht van Jezus in Jeruzalem nabootsten. Zelfs 'het peerd
van Jezus', de ezel werd meegesjord. Soms in levende lijve, soms als
houten beeld. Een vrolijk rondzeulen
met een versierde stok, met fris groen, papieren slingers, los snoepgoed
en krenten, rozijnen en paaseitjes in slingers geregen. Bovenop een
broodhaantje, die de plaatselijke bakkers bij tientallen gebakken hebben.
Onder de haan een sinaasappel. Soms is er een broodrad onder die
sinaasappel + haan, waarop vier kleine haantjes staan. Het hangt van de
plaatselijke traditie af, hoe de palmpaas er uit ziet. Waar men hele
optochten houdt, met de fanfare voorop, zijn vaak keuringen. Men keurt in
diverse categorieën, maar altijd op traditionele vormgeving en/of
originaliteit. Tegenwoordig worden versierde palmpaasstokken (zonder
groen) ook los verkocht. Het groen is vanouds buxus (palmboompje),
vossebes of dennegroen. De versiering is kleurig, maar vooral lekker en
veel! eerder verschenen in de Drentse Courant/Groninger Dagblad, 07 april 2001
Copyright 1995 - 2008 Han Tuttel. All rights reserved.
|