| Nacgtwerk (bosuil)
Midden in de nacht van maandag op
dinsdag 30 januari- exact om 02.24uur- recht overeind in bed. Ineens
klaarwakker, de oren gespitst. Toen werd het leuk. Ik was wakker geworden
van het geluid van een bosuil, precies zoals in griezelfilms: 'hoehoehoe'
en een rillig 'hoe-oe' d'r achteraan. De tijd is exact dankzij het
cijferklokje en de vogeldeterminatie in het donker klopt, omdat maar één
soort uil die roep heeft. Vogelkundigen noemen het zang, maar die rekenen
kraaien ook tot de zangvogels. 'Mijn' bosuil had een zeer luide roep en
zat dichtbij. Soms achter, in de grote bomen en dan weer voor, richting
groenland. Al met al scharrelde hij een half uur rond, waarna het geluid
steeds verder weg klonk. Ik was helemaal niet verdacht op een bosuil. In
de omgeving zitten wel kerkuilen. Verderop zat er eentje in een
boerenschuur, boven de stalling van caravans. Op een zomeravond kreeg ik
een keer het apezuur van schrik door een grote, lichte lap geruisloze
vogel, die op het 'Lougpadtie' boven me wegvloog. Je hoort absoluut niets
van de vlucht van een uil en ze zijn niet klein uitgevallen (op het
steenuiltje na). Een kerkuil is licht van onderen. 'Warm isabelkleurig'
zegt een vogelboek, maar ik ben nog aan prakkezeren hoe die kleur er uit
ziet, als de vogel al lang weer jongen heeft. Gewoon licht dus, wat opvalt
in het donker. De bosuil is juist een bruine vogel met een grote kop. Niet
dat ik hem ooit gezien heb: zijn geluid ken ik van diverse plaatsen.
Vooral slaapplekken, want het beest maakt, of houdt je wakker. Voor wie
niet gegrepen wordt door griezelfilm-angsten, is dit een leuk, spannend
geluid. De rare geluiden van kerkuilen zijn veel angstaanjagender, ècht
kippenvelkabaal. De bosuil komt redelijk algemeen voor, tot halverwege
Scandinavië zelfs. Hij zit vooral in bossen, maar verschijnt steeds vaker
in de bewoonde wereld. Als er maar voldoende grote en oude bomen zijn.
Toch had ik hem bij ons niet echt verwacht. Het beest is actief in nacht
en schemering; hij roept vooral in herfst en winter. Klopt allemaal.
Aardig is hierbij, dat plaatselijk in Drenthe en Twente en algemeen in de
Achterhoek de dialectnaam 'oelenvlocht'
geldt voor schemering. Een oelenvlocht hej in 't tweeduuster, zeg maar
(ons tweeduuster is het Engelse twilight). Soms betekent 'in een
oelenvlocht' in het Drents ook 'in de gauwigheid'. Je merkt vanzelf wat er
bedoeld wordt.
eerder verschenen in 't Nieuwsblad van het Noorden, 06 februari 2001
Copyright 1995 - 2008 Han Tuttel. All rights reserved.
|